Iedereen heeft het erover, velen denken dat het niet kan en weinig bedrijven doen het: volledig elektrisch rijden. Het is een spannend besluit, dat je niet in een dag neemt. Er komen weliswaar steeds meer elektrische auto’s, maar ondanks dat er steeds meer auto’s op de markt komen met een bereik van meer dan 300 kilometer, bestaat er nog steeds range anxiety. Waar wordt die angst door gevoed? Dat leg ik uit aan de hand van het model voor gedragsverandering van Balm.
Waarom zou ik veranderen?
De bestuurder moet begrijpen dat hij moet veranderen en waarom dat nodig is. Denk aan een organisatie die via besparing op de CO2 uitstoot van auto’s een betere concurrentiepositie krijgt. Of die als duurzame aanbieder meer kans heeft op krediet bij de bank. Er moet een duidelijke visie achter de verandering zitten. Veranderen om te veranderen is gedoemd te mislukken.
Willen: Maar ik wil mijn diesel houden!
Bij de overgang naar een elektrisch wagenpark, moet de werkgever zoveel mogelijk bezwaren wegnemen. Zelf houd ik van het rustgevende geluid van mijn diesel. Geen reden om niet elektrisch te gaan rijden vind ik zelf. Maar er zijn legio emotionele redenen om niet over te willen stappen. En ook praktische redenen genoeg. Twee tips om bezwaren weg te nemen: maak het nieuwe gedrag leuk, en maak het oude gedrag minder aantrekkelijk. Voor het leuker maken: start een pilot. En beter nog: een pilot met een spelelement, waar iets te winnen valt. En om het minder aantrekkelijk te maken: richt de verandering in met een zachte overgang. Je mag nog wel fossiel rijden, maar dan rijd je de pool-auto’s op.
Kunnen: ‘Ik kan mijn targets niet halen met een elektrische auto’
De verandering moet realistisch zijn. Iemand moet zijn werk wel kunnen doen. Je kunt een commercieel medewerker die 6 afspraken op een dag moet doen niet in een auto met een range van 150 km laten rijden. Het vraagt ook geestelijke lenigheid van de medewerker. Je kunt op veel plekken laden. Nederland heeft de grootste laadpaaldichtheid van Europa. En de werkgever kan ook meebewegen door een iets duurdere auto mogelijk te maken.
Gewoon doen
Soms moet je als werkgever ook niet te lang en met te veel mensen overleggen. Maak een beleid voor elektrisch vervoer, zorg voor een goede overgangsregeling en neem de échte bezwaren weg. Zorg voor goede enthousiaste ambassadeurs en je ziet in een paar jaar tijd je wagenpark verduurzamen.
Koersvast volhouden
En dan heb je beleid, de eerste elektrische auto’s rijden. En dan blijven ze komen …. ik heb vier kinderen, ik heb een paard, wij verhuizen al onze vrienden, ik ben heel erg lang, ik ga altijd met de auto op wintersport. En ga zo maar door. Iedereen heeft zo zijn eigen redenen om te stap naar een elektrische auto niet te zetten. Het is dan aan de wagenparkbeheerder en de beleidsmaker om de rug recht te houden en koersvast door te gaan. Zonder aan de echte bezwaren voorbij te lopen. Een aangepaste stoel kan ook in een elektrische auto.
Je moet er wel voor openstaan
De basis van het model van Balm is openstaan voor verandering. Alleen dan kan je je gedrag aanpassen. Daar begint alles mee. En daar zit m de crux van de range anxiety en de weerstand tegen elektrisch rijden volgens mij. Auto’s zijn een en al emotie. En de meeste elektrische auto’s zijn niet zo sexy en er is nog niet veel keuze. Zeker niet in het lagere segment. En je moet er ook nog de caravan of paardentrailer mee kunnen trekken en op zaterdag moet het elftal van je kind er ook nog in. Al met al redenen genoeg om gewoon door te tuffen in je niet-duurzame brandstof auto. We zijn in Nederland gewend om te polderen. We houden inspraak sessies en plakken overal post-its. Als het gaat om dit soort emotionele veranderingen citeer ik graag Freddy
Heineken: “Iedereen inspraak, ik doe de uitspraak”. Dit blog werd ook gepubliceerd op de website van Fleetevent.